De hele lijst...
1983: August, August, August van Pavel Kohout: een totaalspektakel in een cirkuskader over clown August die door zijn verbeeldingskracht en naïviteit alle moeilijkheden overwint om zijn doel te bereiken. Het consort met Marc Verboomen zorgt voor de muziek.
1984: Oh, what a lovely war van Joan Littlewood: 120 leerlingen (!) brengen een satire op de Wereldoorlog I. Een aantal liederen worden opnieuw begeleid door het consort. Een bijzonder interessant stuk dat bestaat uit verschilende verhalen. Helaas werd het zo'n complexe productie, dat ze nooit helemaal afgeraakt is.
1985: Vanden Vos Reinaerde, een bewerking op het bekende Middeleeuwse stuk, een meesterlijke parodie op onze samenleving. Hier is de openingszin:
"Ergens zowat halverwege
Brussel-Waver aan de Ijse
Ligt geborgen
tussen Groen
De gemeente Overijse"
1986: De schelmenstreken van Scapin van Molière met gastregisseur
26-27-28 december 1986: Bewerking van A Christmas Carol, Scrooge naar Charles Dickens. Een kerstverhaal dus.
1988: De Fysici van Friedrich Dürrenmatt. Newton, Möbius en Einstein vluchten het gekkenhuis in. Regie: leerkracht Johan Teirlinck.
1989: De tovenaar van Oz. Over Dorothy, een meisje dat bij haar oom en tante op een boerderij woont. Op een dag wordt ze door een cycloon meegezogen en ze komt terecht in het prachtige land van Oz. Ze ontmoet daar de meest wonderlijke figuren, zoals een vogelverschrikker die kan lopen en praten, een blikken man die op zoek is naar een hart en een laffe leeuw. Samen met hen gaat ze op zoek naar de machtige tovenaar van Oz, in de hoop dat hij hen kan helpen...
Voor velen nog steeds een van de hoogtepunten in de cultgeschiedenis. Met dit stuk dong SMO mee naar de 'Victor De Ruyter'-prijs in de intussen helaas ter ziele gegane driejaarlijkse toneelwedstrijd voor schooltoneel. We werden genomineerd en mochten het stuk hernemen in een nokvolle stadsschouwburg van Leuven, maar sleepten helaas geen 'Victor' in de wacht. Volgens velen een betwistbare uitspraak van de jury.
Voor de muziek zorgde vooral beroepspianist Michel Stas en een Amerikaanse AFS-student.
1990: The Sound of Music, de overbekende musical met leerkracht Eric Wellens als Herr Von Trapp. Opnieuw een superproductie met een 100-tal acteurs, muzikaal begeleid door beroepspianist Hans Lamal.
1991: De gecroonde Leerse. Eigen creatie over 2 vijandige clans leerlingen op een school die ondanks hun tegenstellingen naar mekaar toegroeien via het schooltoneel -de gecroonde leerse- waar ze samen aan werken. Gastregie van Hugo Meert.
1992: De kleine Johannes. Eigen creatie naar het boek van Frederik Van Eeden. Over de groei naar volwassenheid van Johannes. Op zijn weg ontmoet hij Windekind (fantasie), Wistik (nieuwsgierigheid, verlangen naar kennis) en tenslotte Pluizer (materialisme). In de hoofdrol: Leerling Olivier Dewit die vanaf '99 enkele keren mee zal regisseren.
1993: De ban van de Ring. Lang voor de film: Volledig eigen creatie naar de bekende Tolkien-trilogie. Op het eerste zicht een onmogelijke opdracht, maar een bijzonder gedreven en eigenzinnige groep leerlingen drukt zijn wil door, begint tekst en muziek te schrijven en brengt het tot een goed eind. Jos wordt wel in een klap 5 jaar ouder. Blikvanger decor: Een reusachtige berg van buizenstelling, kippengaas en papier maché.
1994: Peter Pan. Eigen bewerking naar het bekende, fantasierijke verhaal over Peter Pan die niet volwassen wil worden en Wendy overhaalt met hem mee te gaan naar zijn wondereiland als moeder voor de verloren kinderen. Leerling Philip Breesch neemt de muzikale leiding.
1995: Het verhaal van een verdwaalde held. (naar Odyseus van Homeros) Leerling Johanna Brankaer begint met enkele medeleerlingen al in de vakantie te schrijven en tegen september hebben ze een volledig eigen theatertekst over de zwerftochten van Odysseus na de Trojaanse oorlog. Johanna doet ook mee de regie.
1996: Alice. Eigen bewerking naar het bijzonder fantasierijke, ja bij wijlen absurde verhaal- Alice in Wonderland- van Lewis Caroll over Alice die in een wondere wereld terechtkomt waar alle wezens anders dan "normaal" reageren. Het wit konijn, de hertogin, de hoedenmaker, de schildpad, de kreeftenquadrille, het schaak-en golfspel, de koningin, het proces en...de kaarten van het kaartspel natuurlijk. De ganse duur van de voorbereiding zijn we op zoek geweest naar 'de diepere betekenis' tot Jos een week voor de première het licht zag. Net te laat en daarom nog steeds een bron van frustratie in gesprekken over de cultgeschiedenis. Jos doet natuurlijk de regie, Marc Hendrickx en Gert De Deken nemen voor het eerst de muzikale verantwoordelijkheid en zullen dat nog vele jaren blijven doen.
1997: De naam van de Roos. Leerkracht Wim De Jonge durft het aan om met enkele leerlingen een eigen theatertekst te schrijven op basis van het meesterlijk boek van Umberto Eco èn de gelijknamige film van Jean-Jacques Annaud. Een wereldpremière? Wij denken alleszins van wel! Eigenlijk een middeleeuws moordmysterie in een abdij tegen de achtergrond van de toen gevoerde theologische discussie over de evangelische armoede en kerkelijke spanningen rond "ketterij" en inquisitie. Godsdienstleerkracht Johan De Smet (+) in een glansrol als travestiet-Pauselijke gezant en Wim De Braekeleer en Harry Huskens als beulen. Leerkracht Wim De Jonge neemt de algemene leiding, oud-leerling Johanna Brankaer doet de regie, op het einde bijgestaan door Eric Myard. Andere oud-leerling Sofie Fannes neemt samen met Marc en Gert de muzikale leiding.
Anekdote: tijdens de zondagnamiddag-voorstelling wordt een nachtmerrie werkelijkheid: de elektriciteit valt meer dan 20 keer volledig uit. Het stuk wordt stilgelegd en herbegonnen, maar het probleem blijkt niet opgelost. De acteurs spelen dan maar door, soms in licht, soms in het donker, soms met muziek, soms van halfweg een nummer met nog alleen de akoestische instrumenten... De gemiddelde hartslag van spelers en medewerkers lag iets hoger dan normaal.
1998: Ridders van de Ronde Tafel. Een groepje leerlingen met vooral Iwein Segers, Katrien en Sara schrijft zich samen met Jos te pletter aan deze volledig eigen creatie over Koning Arthur, Lancelot, Perceval, Guinevere...en de zoektocht naar de Graal. Voor het eerst wordt de muziek live opgenomen en op CD gezet, de eerste van een reeks die intussen uit vele CD's bestaat. Ja, er zijn verzamelaars die de hele collectie hebben.
Stunt: De dag voor de première wordt er beslist dat het fijn zou zijn om de middenzaal, waarlangs de mensen binnenkomen, in te kleden als een middeleeuwse markt. De volgende dag kunnen we pas vanaf 's middags in de middenzaal, maar tegen 's avonds ís er een markt, een zeer levendige markt zelfs, inclusief scharrelende kippen, een plassende geit en en zootje troubadours.
1999: Zomernacht van W. Shakespeare, vertaald door H. Claus. Dubbele regie van Jos samen met oud-leerling en natuurlijk ex-culter ('91) Olivier Dewit. Blikvanger decor: een grote boom gemaakt van buizenstelling.
Anekdote: Tijdens de pauze worden er zoals steeds frisco's verkocht. De frisco's liggen in de diepvries waar ook het bevroren CO2-ijs ligt (nodig om na de pauze een laaghangende-rook-effect te creëren). Spijtig voor de frisco-eters dat die CO2 een temperatuur heeft van -79°C, veel kouder dan de normale diepvries-temperatuur. Gevolg: ipv frisco's, beenharde klompjes ijs waar je tong aan vast blijft plakken en die zich zelfs tegen het einde van de pauze nog in zéér diepgevroren, niet te eten toestand bevinden.
2000: Beesters Inc. Volledig eigen creatie gebaseerd op 'Animal Farm' van G. Orwell over de dieren op een boerderij die onder leiding van de varkens in opstand komen tegen de 'tyrannie' van boer Jones. De opstand lukt, maar het blijkt weer eens dat macht corrumpeert als de varkens uiteindelijk alle macht naar zich toe trekken en zich nog tirannieker opstellen dan Jones.
Onze versie verplaatst zich naar het jaar 3054. De dieren van Orwell zijn bij ons mutanten en er wordt een gans nieuwe, post-nucleaire, Mad Max-achtige SF-wereld gecreëerd voor deze CuLt, wetenschappelijke onderbouwd en al, tot in het programmaboekje (dankjewel, Inge Herbots) en het staalplaten decor toe !
We dingen mee naar een overheidssubsidsie bedoeld voor scholen die een cultureel project extra willen laten ondersteunen door beroep te doen op een "kunstenaar". "A shot of Art" heet de subsidie en het lukt. We krijgen 1 750 EUR en sluiten met het NARAFI een overeenkomst dat hun studenten als stageopdracht - in nauwe samenspraak met ons - 6 filmpjes maken die in de voorstellingen geïntegreerd worden. Kris Merckx heeft zich intussen ontpopt tot computerwizzard en zorgt voor de noodzakelijke computeranimaties.
Gezien de complexiteit op inhoudelijk en technisch vlak, door velen ook als een topper beschouwd.
2001: Twaalfde Nacht. Opnieuw Shakespeare, vertaald door Jan Jansen (toen zijn laatste jaar leraar, intussen ex-directeur) die ook samen met Olivier Dewit de regie doet. Een van de luchtigere stukken van Shakespeare over Hertog Orsino die wegkwijnt van liefdesverdriet na de afwijzing door de rijke en mooie Olivia. Zij heeft echter een oogje op Orsinos nieuwe knecht: Cesario. Die zit dan weer in een lastig parket: hij heet eigenlijk Viola, en is een als man vermomde edeldame die smoorverliefd is op Orsino…
Marc en Gert nemen een sabbatjaar wat betreft muziek, leerlingen Thomas Fannes en Tim Jansen nemen met glans hun rol over. En Jos? Die ontwerpt in zijn sabbatjaar het decor met hoge zuilen en tientallen kroonluchters.
We slepen net als in 2000 de 'Shot of Art'-subsidie in de wacht die we ditmaal besteden aan de kostuums. Samen met mode-ontwerper Gilbert Breedtstraat zorgt Liesbeth en de kledingploeg voor een van de hoogtepunten wat kostuums betreft.
2002: Jungleboek. Naar R. Kipling, bewerkt door Jan De Vuyst.
Over het wolvenkind Mowgli die door mentoren Balou de beer en Bagheera de panter teruggebracht wordt naar de mensenwereld. Aanvankelijk tegen zijn zin, tot hij Messoea ziet...
Dit stuk stond reeds lang op het verlanglijstje van Jos. Helaas wordt Jos ziek in de vakantie net voor de start van de CuLt. Hij zal minstens een half jaar out zijn. We hebben dus een probleem. Kersvers en nog onbekend leerkracht Yves Caspar biedt zich spontaan aan en doet de regie. (Yves verlaat de school 2 jaar later om zich professioneel met acteer-en regiewerk te gaan bezighouden.) Voor het eerst sinds lang worden er nog eens eerstejaars ingeschakeld als kleine aapjes en wolfjes.
Blikvanger decor: Een echte 6m hoge waterval en een openschuivende rotswand.
We hopen voor de derde keer op rij de 'Shot of Art' subsidie te krijgen en engageren Dirk Naessens (de violist die een jaar later met Urban Trad 2de wordt op het Eurosongfestival) ter vervanging van Marc die een tweede sabbatjaar denkt te nemen (uiteindelijk wordt de drang te groot en vervoegt Marc ons toch weer). Spijtig dat na Dirks ja-woord blijkt dat we achter de subsidie vissen.
2003: Een don Quichote. Volledig eigen ceatie op basis van een aantal losse verhalen van Cervantes. Onze versie speelt zich af in een psychiatrische instelling waar schizofreen Alonso Quijana in zijn wanen avonturen als Don Quichote (her?)beleeft. Zeker als Dulcinea verschijnt is het niet altijd even duidelijk waar de fantasie eindigt en de realiteit begint.
Een deel van het decor stelt een recyclagecentrum voor waar de patiënten tewerkgesteld worden. Hiervoor wordt het half magazijn van het Spit naar Ter Ijse gesleurd. Stunt: 2 dagen voor de generale komt plots nog een idee om in de slotscène 2 nog te maken filmpjes te integreren waarbij de acteurs op het podium door het filmscherm stappen en naadloos verder spelen ín de film. Tovenaar van het laatste moment Kris Merckx wordt ingeschakeld, het decor wordt aangepast, we worden gekker verklaard dan Don Q zelf, maar alles raakt -na 2 crazy avonden en nachten klaar!
2004: Voorjaarsontwaken. Van Frank Wedekind. Het thema is opnieuw opgroeien, de (moeizame) overgang van kind naar volwassene. Dit thema kwam reeds in een aantal cults aan bod, het verschil is dat het nu allesbehalve als kinderverhaal verteld wordt. Wedekind tekent een maatschappij waarin de onmacht van volwassenen de jeugdige onbevangenheid verstikt, een samenleving die openheid en puurheid omvormt tot een wereld van façades. Ongewenste zwangerschap, zelfmoord...zijn de gevolgen. Regisseur Eric Myard (zie ook '96 en '97) stelt voor om dit stuk te spelen, geen echt luchtige cult-thema's! We moeten even slikken, de leerlingen nog veel meer, maar zeggen toch ja. En blij dat we dat gedaan hebben!
Voor het decor wordt er 10 ton zand in emmertjes via de trap naar de bovenzaal van Ter IJse gedragen.
En opnieuw film in de CuLt: door een geweldige speling van het lot krijgen we een professionele filmploeg van 5 man (gratis) in de schoot geworpen, inclusief een volledige montagedag, om een delicate vrijscène in beeld te zetten. Een mooi geschenk!
2005: Romeo + Julia. Van W. Shakespeare, eigen vertaling. We gaan nogmaals in zee met Eric Myard als regisseur voor misschien wel de meest gespeelde liefdesgeschiedenis aller tijden, maar zo mooi. We laten ons sterk inspireren door de film van Baz Luhrmann, en raken gaandeweg ook meer en meer gecharmeerd door de originele tekst van good old Shake waar Kirsten in een vorig leven duidelijk een relatie mee moet gehad hebben. Uiteindelijk staat onze versie daarom erg dicht bij het originele verhaal over Romeo en Julia die verliefd worden ondanks de haat tussen hun families, en die voor die liefde zelfs de dood niet schuwen.
Er zijn erg concrete plannen om voor het eerst in de cult-geschiedenis het vertrouwde Ter IJse te verlaten en voor de gelegenheid naar de Markthallen te verhuizen. Enkele financiële details steken er uiteindelijk een stokje voor.
Een blikvanger is het programmaboekje: een heuse tabloid 'The Shake', waar uiteindelijk zo veel tijd ingestoken wordt dat ze -naar goede culttraditie- de nacht voor de premiere nog moet gedrukt worden, wat niet lukt, en uiteindelijk slechts luttele uren voor aanvang van de voorstelling pas klaar is.
2006: Yvonne. Naar W. Gombrowicz.
Yvonne is een een meisje dat een natuurlijke weerzin oproept. Toch besluit de Prins met haar te trouwen. Nee, hij houdt niet van haar. Doet hij het uit fascinatie? Of is het een gril? Voelt hij zich in zijn waardigheid beledigd door het rampzalige uiterlijk en de apatische houding van het jonge meisje? Of doet hij het als teken van rebellie? ...
Zijn ouders, koning Ignatius en koningin Margaretha gaan akkoord met de verloving van hun zoon, de verbreking van de verloving zou immers een schandaal veroorzaken. En Yvonne wordt waarlijk verliefd op de prins. Haar aanwezigheid aan het hof leidt echter tot allerlei vreemde situaties. Spotlust, roddel, verdenkingen, domheid en nonsens gaan het hofleven sterk beïnvloeden. De enige manier om nog aan Yvonne te ontkomen lijkt haar dood.
Inge Gyselinck, docent aan oa de academie in Overijse, afdeling woord en de eerste vrouwelijke CuLtregisseur bracht het stuk aan en koos om het te spelen in een hagelwit decor, met alleen een -uiteraard witte- tafel en wat krukjes. Dat wit in combinatie met de volledig rode, schitterende kostuums van de acteurs was van een betoverende schoonheid. Het geheel werd overgoten met een stevige geut live-Balkanmuziek en dat alles leverde een voorstelling op van een - volgens onze meest kritische toeschouwers - "meer dan bijzonder niveau". Wij kunnen dit natuurlijk enkel beamen.
2007: Een dag in mei . Naar K. Terpstra.
Een bewerking van "Het neerstorten van de Hindenburg en wat daarna gebeurde", van de Nederlandse auteur Koos Terpstra. Het decor ligt over de ganse lengte van Ter Ijse met langs beide kanten het publiek. Decor is een groot woord, want Ter IJse is nog nooit zo "Ter IJse" gebleven als voor dit stuk. Een lange rij tafels met stoelen, daarboven de lusters die al vaak dienst deden en op het podium achteraan de muzikanten (The Marcetti's) met speciaal gemaakte pupiters. Doe daar de kostuums bij en meer had Ter IJse niet nodig om de sfeer van eind jaren dertig op te roepen. Er was niet echt een verhaal. Het waren meerdere verhalen van mensen met eigen levens en relaties, met verwachtingen en soms ontgoochelingen: vader zoon, mensen en god, geliefden, vriendinnen...,soms kruisten die verhalen, soms niet. Een gevecht om te overleven. Het overwinnen van geweld, mislukking, verlies, pijn, dood. Veel reacties van het publiek kwamen hierop neer dat ze het stuk niet echt begrepen hadden, maar dat ze toch genoten hadden en gegrepen waren door de sfeer en de emoties die er over het geheel hingen.
Antwerpenaar Yves van den Boogaart (Toneelacademie Maastricht) deed de regie.
2008: Negentienhonderd . Naar Alessandro Baricco
2008 – of moeten we zeggen Negentienhonderd?- was het jaar dat de CuLt titanische vormen aannam. Vierenvijftig (54!) passagiers, 11 muzikanten en talrijke medewerkers deden onze Virginian bijna uit zijn voegen barsten. Veel volk, hopen kostuums, moeizame en vermoeiende repetities, skieënde acteurs, verstuikte muzikantenvingers, een wel zeer vroege première… We hebben ons meer dan eens afgevraagd of we dit schip wel drijvende konden houden. Maar plots werden scheepsbruggen getimmerd, piano’s ontmanteld en ‘dansbaar’ gemaakt, boten in tweeën gezaagd, lichten opgehangen, meer dan de ‘normale’ noten gespeeld en scènes tot leven gebracht dat het een aard had. Er kwam vaart in. Op 15 februari waren bemanning en passagiers op kruissnelheid, muzikanten en acteurs speelden muziek die tevoren nog niet bestond en de oceaan danste op zijn wildst. Ow yeah!
Collega Rik De Corte, regisseur van dienst speelde dit stuk - Novecento - enkele jaren geleden zelf zoals het geschreven is, als monoloog. Nu moest hij het transformeren tot een stuk met meer dan 50 acteurs! Hij deed het met glans. Het prachtige verhaal over het leven van Danny Boodmann TD Lemon Novecento, op een schip geboren en er gans zijn leven gebleven, bleef overeind.
2009: BIG BANG eigen creatie
Tijdens de voorstelling van Cult'08 komen Eric Myard en Wim De Jonge elkaar na vele jaren (1997 - De naam van de Roos) terug tegen. Ze drinken een glas en nog een en beslissen dat ze de Cult nog wel eens een keer samen zouden willen doen. In september wordt er voor het eerst gebrainstormd en Wim begint te schrijven en natuurlijk... heel veel te herschrijven, maar de uiteindelijke Big Bang komt er! We zien doorheen het ganse stuk filmbeelden van een jongen in coma in het ziekenhuis. We zien zijn lief, vrienden, ouders op bezoek komen en dat is telkens de aanleiding voor een nieuwe scene op het toneel die een stuk van zijn leven belicht: wie is hij, waarom is hij wie hij is en wat doet hij in dat ziekenhuis? Een zware boterham die toch voldoende luchtig geserveerd wordt, zeker in de 'turboscene' op het einde waar de ganse Romeo en Julia er op een kleine 10 minuten doorgejaagd wordt.
Een spannend en écht dramatisch moment komen we ook tegen als er tijdens de filmopnames in het rusthuis (dat als ziekenhuis doorging) een brand uitbreekt.
2010: De wijze kater Naar Herman Heijermans
Even paniek, het heilige vuur is bij een deel van de cultploeg wat gedoofd en daardoor duurt het even voor de cult opgestart raakt. Gelukkig is er een harde kern van leerlingen die de handen -ook wat productie betreft- stevig uit de mouwen wil steken. Uiteindelijk ook heel wat vers bloed in het leerkrachtenteam en zo laait het vuur toch weer op.
Inge Gyselinck (zie 2006 - Yvonne) doet opnieuw de regie en kiest voor een speels stuk over een kater die het paleis van de koning van een rattenplaag moet verlossen. Dat is iets moeilijker dan gedacht en niet omwille van de ratten... Uiteindelijk toont hij zich veel wijzer dan die mensen met hun vreemde gewoontes, gedrag en gedachten en lost hij de zaak mooi op!
Nieuwe collega Yves De Langhe ontwerpt een sober en origineel decor: 2 verrijdbare en 'opplooibare' podiumstukken die getransformeerd konden worden tot een stuk kaas of tot een huis-en paleiskamer. Soetkin Pirquin kwam ons vorig jaar al muzikaal begeleiden, maar neemt nu de volledige muzikale verantwoordelijkheid op zich.
2011: Leonce en Lena Naar Georg Büchner
Leonce, kroonprins van Popo, vult zijn dagen met gameboyen en het tellen van zandkorrels. Lena, prinses van Pipi, wordt aan hem uitgehuwelijkt. Van Leonce wordt bovendie verwacht dat hij zich stilaan klaarmaakt om de troon te bestijgen. Zo gaat dat in die middens. Leonce ziet geen van zijn beide toekomstperspectieven zitten. Lena ziet een huwelijk ook niet zitten. Ze kennen elkaar niet en willen dat graag zo houden. Leonce pakt zijn boeltje bij elkaar en trekt weg uit het koninkrijk. Lena trekt weg uit het hare. Zo gaat dat meestal niet in die middens... Het vervolg laat zich raden, ze komen elkaar tegen zonder van mekaar te weten wie ze zijn, worden verliefd en trouwen.
Leonce en Lena is een toneelstuk van Georg Büchner. Büchner zelf (bekend van Woyzeck) noemde dit stuk een komedie, maar het is er een met een scherp randje: ook achter het opgewekte spel in deze komedie merkt men toch steeds Büchner's tragische besef van de nietigheid en de zinloosheid van het leven.
Pascal Maetens (Het Zuidelijk Toneel, De nieuwe paardenkathedraal, TV-werk (Witse, Zone stad, Ella...)deed de regie.
2012: Heer der vliegen (Naar William Golding)
Een twintigtal jongens (bij ons 25 meisjes en 5 jongens), een jungle, een onbewoond exotisch eiland, geen volwassenen, twee kampen, intrige en diarree op het strand. Het zou een juniorversie van Expeditie Robinson kunnen zijn, ontsproten aan het brein van malafide reality tv-makers. Maar voorlopig is het gelukkig slechts een fictief verhaal van William Golding. Een groep Britse kostschooljongens stort neer op een onbewoond tropisch eiland. Dat er geen volwassen overlevenden zijn, zorgt eerst voor een hoerastemming, maar na een tijdje beginnen de jongens te beseffen dat het nemen van beslissingen en het opstellen van regels om hun samenleving in goede banen te leiden, niet zo makkelijk is zonder de regulerende 'blik over de schouder'.
Als snel ontstaan er discussies en ruzies. De democratisch verkozen leider Ralph (bij ons Amber) wordt ter discussie gesteld door Jack (Jill), die ook het leiderschap ambieert. Piggy wordt onder grote groepsdruk gepest en gekleineerd. Een vuur aanhouden om gered te worden of jagen en feesten? De groep raakt verdeeld in twee vijandige kampen. De verwildering en degeneratie zet zich door en ontaardt in een bloedstollend slot.
In deze meesterlijke dystopie, beschrijft William Golding hoe de instincten in de mens weer naar boven komen wanneer de wetten en de grenzen van de beschaving wegvallen. Hij confronteert ons met vragen over leiderschap, onschuld en het verlies ervan, vriendschap en verraad en goed en kwaad.
Ook het decor was weer op niveau, ook letterlijk met 4-5 niveauverschillen en een heus bos waarvoor uuuuuuren en dagen blaadjes uitgeknipt zijn. Lang leve de knippers, de stellingen van Stageco, de cipressen van Els en de varkenskop natuurlijk!
Jipi Vos, leraar op het Montfortcollege met uitgebreide regie-ervaring deed de regie. Soetkin tekende haar derde jaar voor de muziek met onder meer indrukwekkende olievatenpercussie.
2013: STIJL (naar de film: Take the lead)
Regie: Rudi Giron
Een leerkracht blijft als enige geloven in een groep eerder moeilijke leerlingen. Klassieke dans wordt hun nieuwe uitdaging.
2014: Soldaat Peaceful (naar het boek van Michael Morpurgo)
Regie: Joris Dergez
Een stuk over Wereldoorlog 1, hoe kan het anders...
Het ontroerende verhaal over soldaat Peaceful en zijn broer tijdens werelddoorlog 1. Voor het eerst sinds heel lang geen instrumenten voor de live-muziek, maar een a capella koortje van 4 leerlingen. Hemels!
2015: Hamlet (naar W. Shakespeare)
Regie: Tine Priem
De Shakespeare klassieker komt bij ons tot leven in een heuse boksring in Ter IJse ! Soetkin Pirquin wordt terug gemobiliseerd voor de muziek.
2016: De wereld van Silke (naar de film: Dead poets society)
Regie: Eric Myard
Na hun samenwerking in 1997 en 2009 slaan collega Wim De Jonge en Eric Myard de handen terug in mekaar. Wim schrijft de tekst over een bevlogen leerkracht die het wat anders aanpakt dan hoe leerlingen, collega's en directie het gewoon zijn.
2017: De oorlog van Fien (eigen tekst van Wim De Jonge)
Regie: Eric Myard
Wim zorgt opnieuw voor de tekst. Een terminaal (?) meisje vindt troost en energie in haar Harry-Potter fantasiewereld waarin ze met Harry zelf de strijd tegen Voldemort, als haar eigen kwaad aangaat.
2018: Fere (eigen tekst naar het boek Circusnachten van Angela Carter)
Regie: Jos Thys en Rik De Corte
Vijftien jaar na zijn laatste regie herrijst Jos, stamvader van de Cult, uit zijn as, maakt ons warm met een idee en tekent opnieuw voor de regie. Hij laat zich bijstaan door een andere ouwe getrouwe, Rik.
Een circus op wereldtournee met 40 olifanten, met witte clowns en met Fere, de wereldberoemde vrouw die kan vliegen. Werkelijkheid of illusie? Een journalist wil de waarheid weten en gaat mee. Of is hij op zoek naar iets anders … ?
2019: Sterre en de Maan (eigen tekst door Jos Thys, Rik De Corte en de leerlingen)
Regie: Jos Thys en Rik De Corte
Samen met de acteurs werd het stuk opgebouwd. Teksten werden geschreven, uitgeprobeerd, veranderd, vervangen, verplaatst, geliket, opnieuw geschreven, weggegooid, opnieuw opgevist en dan weer weggegooid. Wat er overbleef krijg de titel 'Sterre en de maan'. Eén van de hoofdspelers is de Doode Bemde. We kennen het natuurreservaat van onze fietstocht naar Vaalbeek. Een derde van de scènes speelt zich hier af. Hier spreekt Sterre, een van de andere hoofdpersonages, tegen de dieren, verandert in een zwaan en wordt een boom. Om maar te zeggen dat er gebalanceerd wordt op de rand van realisme en waanzin. He resultaat was een heel poëtische en ontroerende voorstelling over Sterre die worstelt met een onverwerkt trauma uit haar verleden, maar uiteindelijk toch kiest om door te gaan. Leerling Benoit Feuillen neemt de muzikale leiding in handen.
2020: Geval 52 (tekst door Rik De Corte naar het boek 'Ik ben er' van Clélie Avit)
Regie: Rik De Corte
Geval 52 is een ontroerend liefdesverhaal over een meisje dat na een val in een langdurige coma verzeild geraakt. Ze hoort echter nog alles, dus ook hoe haar omgeving met de situatie omgaat... Oud-leerkracht Rik De Corte liet zich inspireren door het werk van oud-leerling en wereldvermaard neuroloog Steven Laureys, schreef met veel inbreng van de leerlingen de tekst en doet ook de regie. Zoals elk jaar speelt de live-muziek een belangrijke rol. Hier ontpopt leerling William Lambert zich tot muzikale leider. Tijdens een workshop door Niels-Stoomboot- Boutsen voor de muzikanten wordt samen tekst en muziek geschreven voor een ontroerende titelsong. En voor de allereerste keer verlaten we onze vertrouwde zaal Ter Ijse en spelen we in De Bosuil in een spectaculair decor, een berg van meer dan 20 ingenieus op mekaar gestapelde bedden.
2021: ....
Voor het eerst in 37 jaar geen CuLt! Het is te zeggen, er was een regisseur, er werd een stuk gekozen dat in openlucht kon gebracht worden er werd gerepeteerd... Toen verstrengden de Coronaregels opnieuw. Er werd dus een ander stuk gekozen waarvoor in kleinere groepen kon gerepeteerd. Helaas, de cult is meer dan repeteren om tot een voorstelling te komen. De cult is een bad waar je in springt, dat door het groepsgevoel langzaam maar zeker een heerlijk warm badje wordt en waarin iedereen door de energie van de groep boven zichzelf uitstijgt. Een cult zonder dat groepsgevoel is geen cult, alles werd dus uiteindelijk afgelast.
2022: Gedoe (naar 'Much ado about nothing - W. Shakespeare)
Regie: Kirsten Verhaegen
Na een jaar verplichte coronarust is de CuLt dit jaar weer helemaal terug en wel met een komedie: Gedoe is gebaseerd op Shakespeares Much ado about nothing. Jong, oud, man en vrouw laten zich inpakken door roddels en intriges. Jaloezie inspireert tot duivelse sabotage. Vrienden proberen andere vrienden te koppelen. Veel gedoe. Maar op het einde overwint de liefde.
Door het plots afhaken van de regisseur, neemt Kirsten noodgedwongen de regie over en en maakt zo haar regiedebuut. En wat voor een...! We geven u graag een lovende recensie mee:
We zagen een aantal personages op vakantie in Camping Sicilië. Geen prinsen, prinsessen of andere edellieden maar een bont gezelschap in een oord boordevol camp. Van tuinkabouters over plastic bloemen en papieren feestversiering tot een levensgrote caravan en een gelegenheidsband met een zomerse zangeres.
2023: De drie musketiers (naar Alexandre Dumas, bewerkt door Greet Swinnen)
Regie: Greet Swinnen